De werkgever is aansprakelijk voor de schade, die een werknemer lijdt in de uitoefening van zijn werkzaamheden. De werkgever is niet aansprakelijk als hij aantoont dat hij aan zijn zorgplicht heeft voldaan of als de schade het gevolg is van opzettelijk handelen of bewuste roekeloosheid van de werknemer. De bewijslast daarvoor rust op de werkgever. De wettelijke zorgplicht van de werkgever is ruim, waardoor niet snel kan worden aangenomen dat hij daaraan heeft voldaan. De zorgplicht van de werkgever gaat niet zo ver dat hij voor volstrekt alledaagse en weinig risicovolle handelingen maatregelen dient te treffen of zijn werknemers moet waarschuwen voor de daaraan verbonden risico’s. Dat betekent dat de werkgever niet aansprakelijk is voor schade als gevolg van zogenaamde huis-, tuin- en keukenongelukken.
Volgens de kantonrechter is de werkgever aansprakelijk voor de schade die een uitzendkracht heeft geleden als gevolg van zijn val in een hygiënesluis in de bakkerij van de werkgever. Werknemers waren verplicht om meerdere malen per dag de hygiënesluis met de bijbehorende trapjes te gebruiken. Er was sprake van een structurele blootstelling aan de mogelijke gevaren van het betreden van de hygiënesluis, waarbij niet verwacht kan worden dat werknemers altijd geconcentreerd en alert zijn. Als de werkgever verwezenlijking van het algemeen bekende gevaar bij de uitoefening van de werkzaamheden eenvoudig kan wegnemen maar dat nalaat, schendt hij in beginsel zijn zorgplicht.
In dit geval had de werkgever de trapjes in de hygiënesluis kunnen voorzien van een leuning of kunnen kiezen voor een in de vloer verzonken hygiënesluis, waarbij geen trapjes nodig zijn.
De werkgever heeft niet alle veiligheidsmaatregelen genomen, die redelijkerwijs van hem kunnen worden gevergd om ongevallen te voorkomen. Dat betekent dat hij aansprakelijk is voor de schade als gevolg van het ongeval dat de uitzendkracht is overkomen.
